Jiu-jitsu betekent letterlijk zachte kunst. Het jiu-jitsu combineert bepaalde bewegingsprincipes tot een effectief middel om de energie en kracht van de tegenstander in iedere aanvalssituatie te neutraliseren en in een tegenaanval tegen hemzelf aan te wenden door toepassing van voor de situatie geschikte technieken.

Het jiu-jitsu kent veel gevarieerde bewegingsvormen welke zowel voorkomen in het judo (contact situaties, trekken, duwen, werpen, klemmen, omstrengelingen), het aikido (aanvallen ontwijken of doorvoeren) en het karate (explosief toepassen van schop-, slag- en stoottechnieken). Deze bewegingsvormen worden gecombineerd tot effectieve verdedigingen in diverse aanvalssituaties (zowel gewapende als ongewapende).

Doordat de jiu-jitsuka zich ook al deze bewegingsvormen van andere vechtsporten eigen moet maken, is het jiu-jitsu een zeer complete verdedigingskunst.